Onze tegenstander in de tweede ronde van de NBSB-A beker was een viertal uit Boxtel. Dubbelschaak ’97 had niet de vier sterkste spelers van hun vereniging opgetrommeld. Desondanks is dit altijd een geduchte opponent voor ons.
De tegenstander van Wilbert (4, wit) mengde wat varianten door elkaar, waardoor Wilbert al heel snel uit zijn openingsboek was. Maar er waren genoeg aanknopingspunten in zijn geheugen om een listige voortzetting op het bord te brengen. Dat werd door Tim van der Steeg niet onderkend. Een zwarte loper dreigde ingesloten te worden en zwart moest een boertje inleveren. Bij de verzilvering van dit kleinood (red. kostbaar voorwerp)sloeg Wilbert echter aan het broddelen. Hij liet zijn stelling zwaar onder druk zetten en zag ook nog een kleine combinatie over het hoofd, waardoor de Dubbelschaker het materiële evenwicht kon herstellen. Die hield daaraan een goede stelling over, maar met minder dan vijf minuten bedenktijd aanvaardde hij Wilberts remiseaanbod.
½ – ½
Huub (2, wit) zat tegenover Bren Burg, de sterkste Boxtelnaar. Hij wist in de opening niet hoe hij op de zwarte opstelling moest reageren. Hij speelde het nutteloze en na later bleek verzwakkende a2-a3. Dit werd door een vreemde paardzet gevolgd, waardoor de witte stukken onhandig kwamen te staan en zijn koningsstelling verzwakt werd. Huub zag het winnende plan voor zijn tegenstander , maar gelukkig speelde deze iets anders. En even later kreeg Huub zelfs een kans op voordeel, maar door gebrek aan tijd ging dit aan hem voorbij. Stelling na 22.Pxg5
Door een paar goede zetten van zijn tegenstander kwam Huub in een verloren eindspel terecht.
22…. Tc2 23.Te3 Txb2 24.Pxb2 Pe4 25.Txe4 fxe4 26.Tb1 Ld4+ 27.Kh1 Tf2
½ – 1½
Jaap (3, zwart) trof een oude bekende Gilion Berkelmans. Hij wilde niet exact dezelfde variant op het bord krijgen als de vorige keer. Dat was een saaie remise en dan is de avond nog heel lang. Daarom week Jaap als eerste af. Na de opening was de stelling ongeveer in evenwicht. Wit had een breed centrum opgezet en probeerde een aanval op te zetten. Zwart had een erg solide koningsstelling en zocht kansen op de damevleugel. Na de doorbraak b5 voelde wit zich genoodzaakt de loper op c4 af te ruilen tegen het zwarte paard op d5. Daar had hij ozosnel spijt van. De loper werd in de aanval gemist en zwart kreeg een monsterlijke loper op d5. De zwakke witte velden werden de witspeler fataal. Een toreninval op c2 leidde tot pionverlies op g2. In het eindspel van Dame-loper-paard tegen Dame-LOPER-paard was daardoor de witte koning ook nog zwak. Jaap dreigde binnen te komen en dat was beslissend. Om promotie van de b-pion te voorkomen, moest wit een stuk geven. Toen Jaap met een tussenschaakje ook en pion op d5 won – de enige witte troef – werd de handdoek in de ring gegooid.
1½ – 1½
Joost (1, zwart) speelde tegen Rob van Meurs. Hij bereikte een prettige stelling en leek de zaken onder controle te hebben. Maar hij wist niet door te breken. Uiteindelijk kwam het aan op gooi- en smijtwerk in wederzijdse tijdnood. Hier wist de dubbelschaker te profiteren van een tactische fout, waarna de stelling van Joost instortte.
1½ – 2½
Een slechte generale voor de vijfde ronde van de KNSB-competitie omdat Dubbelschaak ’97 dan weer bij ons op bezoek komt.
De Drie Torens | Dubbelschaak '97 | |||||
---|---|---|---|---|---|---|
1 | Joost van den Bighelaar | 2034 | - | Rob van Meurs | 1953 | 0 - 1 |
2 | Huub Leemans | 1951 | - | Brent Burg | 2104 | 0 - 1 |
3 | Jaap Weel | 1952 | - | Gilion Berkelmans | 1916 | 1 - 0 |
4 | Wilbert Kocken | 2051 | - | Tim van de Steeg | 1922 | ½ - ½ |
1997 | 1974 | 1½ - 2½ |