Voor de zoveelste keer dit seizoen speelden we tegen de Stukkenjagers, team 5, 6 of 7, ik weet het niet meer. Ik zoek het straks wel op en dan zet ik het in de titel van dit verslag. Het maakt ook niet zoveel uit. Normaal gesproken worden in het hoogste team de sterkste spelers opgesteld, echter niet bij de Stukkenjagers, zo staat Stukkenjagers 7 boven Stukkenjagers 6. Stukkenjagers 5 staat dan wel weer boven Stukkenjagers 7, maar dat is waarschijnlijk toeval. We hadden dan ook geen idee wat we konden verwachten.

Het ging voorspoedig.
Wictor was, zoals vaker, de eerste die zijn partij won. Daarna 3 overwinningen vlak achter elkaar, Koen, Jaap en Danniël. Stand 0 – 4 in ons voordeel, winst voor alle zwart spelers. Een rondje langs de borden maakte duidelijk dat we minimaal één remise gingen halen. Dit gebeurde ook, achtereenvolgens werden de partijen van Gerrit, Ad en Berry remise.
Helaas werd de laatste partij door Dennis verloren.

Blijkbaar zijn de teams van de Stukkenjagers met enige moeite allemaal te verslaan. Wat mij betreft spelen we volgend seizoen in een competitie met 4 of 5 Stukkenjagers teams.

Stukkenjagers Y verloor van ’t Paardje 1, daarom zijn we nog geen kampioen. We zijn kampioen als we in de laatste ronde winnen van Baronie 3.

Hieronder de afzonderlijke verslagen van de partijen in chronologische volgorde op basis van input van de spelers.

Wictor, (bord 2, zwart)
Zwart stond beter na een vreemde opening. Daarna offerde Wictor een kwaliteit, maar speelde niet correct en kwam in een remise-achtige stand terecht. Wit had nu verdedigend moeten spelen, echter besloot een tegenaanval op te zetten. Deze aanval liep slecht af door een grote fout. Wit gaf op.
0 – 1

Koen, (bord 8, zwart)
Nadat de tegenstander in de tegenovergestelde richting rokeerde, probeerden beiden elkaars koning aan te vallen. De aanval van de tegenstander was echter sneller en sterker. Uiteindelijk besloot wit om een stuk te offeren, wat niet de beste optie was. In een poging om toch snel te winnen speelde de tegenstander een dreigende zet, namelijk mat in 1. Verdedigen was niet nodig, aangezien Koen nu de tegenstander in twee zetten mat kon zetten.
0 – 2

Jaap, (bord 6, zwart)
Na een rustige opening waarbij wit iets beter stond, offerde wit een pion voor aanvalskansen. Dit was echter te pareren. Zwart kwam hierdoor steeds beter te staan. Wit deed nog een uiterste winstpoging. Deze was echter eenvoudig te weerleggen met een mataanval, hierna gaf wit op.
0 – 3

Danniël, (bord 4, zwart)
Danniël stond dameruil toe om een sterk paard te neutraliseren. Wit zag vervolgens een aftrekschaak over het hoofd en verloor een kwaliteit. Danniël won in de verwikkelingen die volgden, een stuk en daarmee de partij.
0 – 4

Gerrit, (bord 3, wit)
Voor de allereerste keer wit in de KNSB competitie. Het werd een bizarre partij. In een Siciliaanse partij offerde wit spectaculair op zet 7 een loper op f7. Op dat moment zag wit 16 … Ld6 niet aankomen, met als gevolg wit een stuk achter tegen 2 pionnen.

Dat werden 3 pionnen na een foutje en zelfs 4 na weer een fout. Er bleef een eindspel over met 4 pionnen tegen paard. Maar het was nog niet duidelijk. Wit slaagde er niet in dit te winnen. Zwart verdedigde zich goed. Wit kwam een tempo tekort en uiteindelijk werd het remise.
1½ – 4½

Ad, (bord 7, wit)
Zoals gebruikelijk in zijn witpartijen trok Ad direct ferm van leer. Na 10 zetten stonden er al pionnen op g5 en h4. Op de 20e zet leek een zetherhaling in de maak maar zijn tegenstander had daar kennelijk toch geen zin in want week tijdig af. Zwart verdedigde zich uitstekend. Op de 44e zet bood wit remise aan, omdat het ontstane toreneindspel met 2 tegen 1 pion aan dezelfde kant theoretisch remise was, maar zwart bleef doorspelen, ook nadat de torens geruild waren.
De theorie werd bewezen, remise.
1 – 5

Berry, (bord 1, wit)
“Vanuit de opening heb ik een kans gemist, maar mijn stelling beviel me nog altijd. Wit stak (te) veel tijd in het vroege middenspel en dat heeft me later opgebroken. In tijdnood miste ik de beste voortzettingen. Ondanks mijn aandringen hield mijn tegenstander het hoofd koel en laat in de middag werd de vrede getekend.”
1½ – 5½

Dennis, (bord 5, wit)
Dennis speelde met wit tegen Maciej Cios. Na de opening en afruilen van dames had Dennis het loperpaar. Heel even leek het of hij dit moest inleveren om van een sterk paard af te komen, maar dit kon voorkomen worden. Hij kon zelfs in een comfortabele 2 resultaten stelling (winst of remise) terecht komen.

Toch bleek ook het derde resultaat nog een optie. Bovenstaande stelling, met zwart aan zet, voelde alsof wit een aardige plus had. In een poging toch voor de winst te gaan kreeg zwart tegenspel. Na bijna 5 uur ploeteren was de stelling, ondanks torens en 2 pionnen tegen 0 toch nog in de balans. Helaas had Dennis waanbeelden en dacht in een theoretisch remise eindspel te belanden zonder dit goed door te rekenen. Dat bleek dus niet het geval.
2½ – 5½

Einde verslag.
Nu nog even X en Y bepalen.

	De Stukkenjagers 7			De Drie Torens 2
1	Erwin Meeuwsen	1814	-	Berry Brand	1911	½ - ½
2	Nico van Ham	1828	-	Wiktor Dziólko	1770	0 - 1
3	Tom Manni	1810	-	Gerrit Visser	1915	½ - ½
4	Frans Postmes	1789	-	Danniel van Boxtel	1934	0 - 1
5	Maciej Cios	1654	-	Dennis de Vroe	1867	1 - 0
6	Leo van Gelder	1717	-	Jaap Postuma	1822	0 - 1
7	Jeffrey van Huijgevoort	1653	-	Ad Mutsaers	1858	½ - ½
8	Ton Renes	1675	-	Koen Gallé	1772	0 - 1
		1743			1856	2½ - 5½